Pomona Pomona door Marino Marini, 1949 rechts: Le lever door Balthus, 1955 Appelgodin Pomona is een Romeinse en Etruskische godin die patrones
was van de boomvruchten en daarmee beschermster van de boomgaarden. Pomum
betekent boomvrucht, maar geleidelijk verschoof de betekenis van haar naam
meer naar de riching van het Franse pomme (appel) en versmalde haar
beschermgebied tot het rijk der appelen. Ze wordt meestal afgebeeld met een
appel in de hand als een soort Eva. In bredere zin wordt Pomona gezien als
godin van de vruchtbaarheid, aardse oermoeder en venus. Sensueel De beeldhouwer maakte van zijn godinnen enigszins plompe
vrouwen die daarom wel aangeduid worden als boerenvenussen. Marini vond zijn
schepsels wulps: “Mijn Pomona’s ademen een zonnige wereld, een zonnige poëzie
en zij stellen een rijk mens-zijn voor, overdadig en sensueel.” Vooral in de
jaren veertig maakte de kunstenaar zijn Pomona’s. De godinnen uit 1949 kregen
aardse trekjes mee: lijnen van badkleding en accesoires doken op. De Schotse Pomona draagt een vliesdun badpak en badmuts, haar horloge en pinkring heeft ze (nog) niet afgelegd. Etrusk Marini werd in Toscane, Italië, geboren, de streek hoorde
in de oudheid tot het gebied van de Etrusken. De kunstenaar werd in zijn werk
geďnspireerd door oude kunst, met name de Etruskische. Dat laatste
formuleerde Marini anders: “Nee, ik ben niet geďnspireerd door Etruskische
kunst, ik ben een Etrusk!”
Marino Marini (1901-1980) Wikipedia www.fondazionemarinomarini.it links: Le tronc d’arbre fond jeune door Fernand
Léger, 1945
rechts: Zittend naakt door Pablo Picasso, 1969 Scottish
National Gallery of Modern Art, Edinburgh
Schotland / Engeland Foto’s:
mei 2015 Startpagina BuitenbeeldinBeeld Startpagina Beelden in Engelse Musea |