Vrouw Vrouw door John Raedecker, 1930
De motieven van de beeldhouwkunst van Raedecker zijn volgens Hammacher de wereld van het kind, de jongen, het meisje, de vrouw, de man, de verliefden, de minnares. Er is een typisch romantische eentonigheid in de motieven, een terugkeer van telkens dezelfde, als het ware een eigen leven voortzettende grondmotieven, aldus nog steeds de krant. De hoofdzaak in hem is het vormgeven aan een geheel eigen wereld van gezichten en gestalten. Gezichten nog meer dan gestalten. Het gezicht heeft hij, als nauwelijks één van de vorige eeuwsche of hedendaagsche beeldhouwers herschapen. De droomkracht is in al zijn tronies sterk, maar niet overheerschend. Paradijsherinnering Hammacher: “Zonder overdrijving kan men in Raedecker vooral den beeldhouwer zien, die een merkwaardige sterke en zeldzame intuïtie heeft voor het vrouwelijke. Hij begrijpt het vrouwelijke in de vrouw en de sublimeeringen daarvan op een wijze, waarin de paradijsherinnering leeft en de pijn van de verdrijving. Men zal lang moeten zoeken en eerder terechtkomen bij de laat-Romaansche of de vroeg-Renaissancistische beeldhouwers dan bij de hedendaagschen, eer men deze onverholen zinnelijkheid maar tevens die zachte veredeling en die rijpe smartelijkheid zal vinden.”
Bruikleen van Alphonsine Raedecker
Beeldenpark De Havixhorst Figuratieve beeldhouwkunst uit
de 20e eeuw Foto’s: augustus 2015 Startpagina Buitenbeeldinbeeld |