Meisjes

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Snoepster door Joseph Mendes da Costa, ca 1900

 

 

 

 

                            Het geelkoperen beeldje werd ook aangeduid met: ‘Aan ‘t smullen’. In de Nieuwe Rotterdamsche

                            Courant van 7 oktober 1923 heette het werk ‘Het Kind met de pepermunt-pijp’. Elsevier noemde het

                            meisje in 1909 ‘Snoepertje’. Het Algemeen Handelsblad heeft het in 1903 over ‘De kleine snoeper’:

 

                         

 

                            Algemeen Handelsblad, 21 september 1903

 

 

 

            

 

 

 

            

 

                  Meisjesportret, ca 1900; grès cérame

 

 

Vrouwen in de knop

 

Mendes da Costa gaf tot ca 1905 de man nauwelijks een plaats in zijn werk. In de ‘bakplastieken’ staan twee mannen – waaronder de koopman-  tussen het vrouwvolk rond een viskar en in de voorstudies voor het grafmonument voor indoloog Jan Veth -onthuld in 1899- , komt een Javaan voor. Alle straattafereeltjes die hij maakte behelste verder uitsluitend vrouwen en meisjes. Ook de grotere kinderportretten in koper, grès cérame en brons zijn meisjes. In 1904 maakte Mendes een babyportretje van het in maart 1904 geboren kind van kunstcriticus H.P. Bremmer, een jongentje.

 

 

 

   

 

 

 

   

 

                                                                                                                                Meisjesportret, ca 1900; brons

                                                             het meisje heeft weggedraaide ogen en licht geopende mond

 

 

Niet helemaal goed

 

Zowel Joseph Mendes da Costa als zijn vrouw Anna Jessurun de Mesquita waren telgen uit Joodse families die in de 17e en 18e eeuw naar Nederland vluchtten om te ontkomen aan de Spaanse Inquisitie. Doordat veel binnen de families getrouwd werd, trad er inteelt op. Maurits Benjamin Mendes da Costa belichtte op 75-jarige leeftijd dit verschijnsel in 1926 in het artikel ‘Een leekenpraatje over ‘trouwen in de familie’’. Hij schreef dat hij maar zes betovergrootouders had, “in plaats van, zooals de meeste menschen, 16.”  In de Joodse families kwamen naast grote creativiteit ook lichamelijke en geestelijke gebreken voor, ‘achterlijkheid’ werd het laatste toen genoemd.

 

Het bovenstaande meisje met weggedraaide ogen en licht geopende mond lijkt zoals dat in de vorige eeuw heette, ‘niet helemaal goed’.

  

 

 

 


 

Joseph Mendes da Costa (1863-1939)

 

Wikipedia      

 

 

Joseph Mendes da Costa werd vooral bekend door het vervaardigen van beelden en ornamenten voor gebouwen. Hij was van 1886 tot 1887 lid van de kunstenaarsgroep "Labor et Ars", die later de representanten zouden worden van de Nederlandse variant van de Art Nouveau.

 

Hij is de wegbereider geweest voor de 20e-eeuwse kunst in Nederland, doordat hij als eerste beeldhouwer een monumentale, symbolistische stijl van strakke lijnen en heldere vlakken ontwikkelde.

 

  

 

 

 


 

Tentoonstelling Labor et Ars, met werk van Joseph Mendes da Costa en Joost van den Toorn

 

Museum Beelden aan Zee, voorjaar 2015

 

Foto’s: maart en april 2015

 

 

 

Startpagina Buitenbeeldinbeeld

 

 

Startpagina Joseph Mendes da Costa & Joost van den Toorn